Liefdewerken
Zwijsen had geleerd voorzichtig te zijn, een te snelle en ongecontroleerde groei van de in 1832 gestichte zustercongregatie had hem namelijk voor veel problemen geplaatst. Toch kun je niet zeggen dat de fratercongregatie behoedzaam opereerde en zich traag ontwikkelde. Na de oprichting in 1844 pakten Zwijsen en de fraters meteen allerlei projecten aan. Ze spraken toen van ‘liefdewerken’ en ‘werken van barmhartigheid’, nu zouden we die misschien eerder aanduiden met ‘sociale projecten’ en ‘hulpverlening’. Het is interessant om te zien wat die allereerste fraters in Nederland en België allemaal deden.